oefenopgaven

Oefenopgaven 4.1+4.2

Bereken

a)      -8 · -3

b)      -9 · 0

c)       60:12

d)      -7 · 11

e)      -12 · 5

f)       -100 : 10

g)      18 · -5

h)      -7 : -14

 

Bereken

a)      15·7·4

b)      -4·11·50

c)       -7 · -4 · -6 · -25

d)      -5 · 19 · -2 · -1

 

 

De rekenmachine gebruikt de juiste volgorde van de berekeningen.

Dus bij 97+18·-33 tik je in

97 + 18 x ( - ) 33 =

Gebruik de = alleen op het eind

 

Bereken met je rekenmachine                

a)      -4987 · 65

b)      -9845 · -11

c)       -631 – (100-23) · -13

d)      -6,1 · 5 + (8,3+2,2) · 2

 

 

Bereken

 

 

 

Oefenopgaven 4.3+4.4

Mehmet gaat behangen. Eerst moet het oude behang eraf, daarom huurt hij een behanger in. Deze behanger rekent de prijs als volgt: bedrag = 15·aantal dagen + 8,50

a)      Mehmet huurt de behanger in voor 6 dagen, hoeveel moet hij afrekenen?

b)      Je betaalt een bedrag per dag en je betaalt administratiekosten

Wat is het bedrag per dag? En hoeveel zijn de administratiekosten?

c)       De administratiekosten gaan met 3,50 omhoog. Geef de nieuwe formule.

Je koopt een blik bruine bonen. Volgens de fabrikant kun je de bewaartijd berekenen met de volgende formule: bewaartijd = 21-3,5t. t is in graden celcius.

a)      In een koelkast is het 3,5 °C. hoelang kun je de bonen bewaren?

b)      In het vriesvak is het -10°C. hoeveel dagen nu?

c)       De fabrikant zegt ook dat de bewaartemperatuur nooit hoger mag zijn dan 6°C. hoe blijkt dat uit de formule?

d)      Vul langere of kortere in. Bij een hogere bewaartemperatuur hoort een … bewaartijd.

 

Gegeven d = -8

Bereken.

A)     3d-10

B)      8-10d

C)      16:d

D)     d+7

E)      d:0

F)      -2 · (d-8) +1

 

 

 

 

 

 

 

 

Oefenopgaven 4.5

Een schoonmaakbedrijf maakt gebouwen schoon. De kosten zijn te berekenen met de volgende formule: kosten = 40+30u hierin is u het aantal uren.

a)      Hoeveel zijn de kosten als ze 4 uur schoonmaken?

b)      Vul de tabel in:

U

0

1

2

3

4

6

8

15

kosten

 

 

 

 

 

 

 

 

c)       Teken de grafiek. Neem 1 uur = 1 cm en 40 euro = 1 cm.

d)      Hoeveel krijgt het bedrijf voor een etmaal werken?

 

Twee honden zijn tegelijk geboren. De gewichten in kg zijn gegeven door de formules:

Boris: gewicht = 2,5 + 0,5a

Hector: gewicht = 1,3+0,7a

a is het aantal weken dat de honden oud zijn

a)      Teken beide grafieken in één figuur, neem op de x-as tot en met 8

b)      Na hoeveel weken zijn ze even zwaar? Hoeveel wegen ze dan?

c)       Welke hond is na 21 weken het zwaarst? Hoeveel kg is het verschil?

d)      De honden krijgen meer te eten dus veranderen hun formules. De nieuwe formules zijn:

Boris: gewicht = 5 + 0,6a

Hector: gewicht = 4,5 + 0,8a

Teken de grafieken van beide formules.